Zorg aan zet

Naam

Zorg aan zet – Ethisch overleg in personalistisch perspectief (er is geen echte naam toegekend door de auteurs)

Wat?

Deze methode werd uitgewerkt door Linus Vanlaere en Chris Gastmans, in hun boek: Zorg aan zet, ethisch omgaan met ouderen. De auteurs gaan uit van een plicht tot ethisch overleg in de zorg. Deze vloeit voort uit de basiswaarde van waaruit zij zorg willen grondvesten: Waardigheid. Waardigheid uit zich op twee manieren. Ten eerste dient men de keuzevrijheid van elk persoon te respecteren, vanuit een open conversatie tussen de hulpverlener en de zorgvrager. Wanneer dat echter in het gedrang komt omdat de zorgvrager niet meer ten volle bekwaam is om “het spel van de menselijke conversatie te spelen” 1 Vanlaere Linus & Gastmans Chris, Zorg aan zet. Ethisch omgaan met ouderen, Leuven: Davidsfonds, 2010, p.28 , dan draait waardigheid “om het respect voor de integriteit van de mens via de basale zorghandelingen en uiterst respectvolle en zorgzame wijze waarop die worden uitgevoerd” 2 Idem . De auteurs willen een brug slagen tussen de zorgethiek en het Leuvens personalisme. Zorgethiek is een relationele ethiek, die bij Joan Tronto gebaseerd is op aandachtigheid, verantwoordelijkheid, deskundigheid en responsiviteit. Maar deze vier kwalificaties volstaan volgens deze auteurs niet om een normatief ijkpunt te bieden om zorg op te grondvesten.

Hoe?

Groepsgesprek in vijf fasen

Fasen

Het overlegmodel heeft vijf fasen:

  1. Bepalen van het knelpunt. De feiten worden objectief benoemd, zodat men duidelijkheid krijgt over alle aspecten van de casus. Daarbij betracht men neutraliteit, objectiviteit en zin voor waarheid.
  2. Men gaat na wat precies de emoties en intuïties zijn die leven bij de verschillende deelnemers. De onderliggende emoties moeten worden verwoord, omdat ze anders dreigen “als irrationele krachten de ethische bezinning te blijven domineren en blokkeren”. Daarvoor moet tijd uitgetrokken worden, om een sfeer van vertrouwen te creëren, zodat iedereen zich vrij durft uit te spreken. Dit is kenmerkend voor zorgethiek: de aandacht voor de geleefde en beleefde realiteit waarin de betrokkenen leven.
  3. Verwoorden van de waarden van waaruit wordt gereageerd en gereflecteerd. Hierbij is de rol van de gespreksleider zeer belangrijk. Deze moet gericht doorvragen om ervoor te zorgen dat alle waarden in het gesprek worden betrokken, die betrekking hebben op het volledig mens-zijn van de zorgvrager.
  4. Er wordt gezocht naar een gedeeld verwachtingspatroon van de verleende zorg. Daarbij moet men ook formuleren wat de specifieke betekenis is van waarden als fysieke veiligheid, vrijheid, autonomie, betrokkenheid, vertrouwen, loyaliteit, eerlijkheid, enz. Want die kunnen voor verschillende personen een verschillende invulling hebben. Verder moet er een hiërarchie in de waarden worden aangebracht. De bedoeling is om te komen tot een gedeelde visie op zorg in deze concrete situatie.
  5. Deze gedeelde visie op zorg moet worden geconcretiseerd en in de praktijk toegepast: wie doet wat en wanneer. Verder moet er ook afgesproken worden wanneer het proces wordt geëvalueerd.

Bronvermelding

Vanlaere Linus & Gastmans Chris, Zorg aan zet. Ethisch omgaan met ouderen, Leuven: Davidsfonds, 2010, p. 153 – 170

Noten
  • 1
    Vanlaere Linus & Gastmans Chris, Zorg aan zet. Ethisch omgaan met ouderen, Leuven: Davidsfonds, 2010, p.28
  • 2
    Idem